Situatie

Voor het vak Ouder wordende mensen met een verstandelijke beperking kregen we de opdracht om een experiment uit te voeren. Bij dit experiment was het de bedoeling om oogcontact te maken. Ik heb dit experiment uitgevoerd met een goede vriend en mijn vader. Teven was het de bedoeling dat ik binnen mijn organisatie toestemming vroeg om het experiment uit te voeren met een cliënt. Helaas vond mijn werkbegeleider dit geen goed idee. Dit heeft te maken met de sociale emotionele ontwikkeling van de cliënten waarmee ik werk. Dit onderdeel heb ik dan ook niet uitgevoerd.

 

Taak

Voor het experiment was het de bedoeling om minimaal twee minuten iemand aan te kijken. Dit konden we zittend doen of als we het prettig vonden ook staand. Na het experiment heb ik aantekening gemaakt. Deze aantekening heb ik gebruikt voor het schrijven van een reflectieverslag. Het schrijven van een reflectie verslag was een onderdeel van deze opdracht.

 

Actie

De eerste keer viel het maken van oogcontact voor de duur van minimaal twee minuten valt nog niet mee. In het begin is het eng en confronterend. Het is onwennig. Ik kreeg gedachten die ik moeilijk kon plaatsen. In de tweede minuut ontstond er een verbinding met mezelf en mijn gedachten. Ook voelde ik een verbinding met de ander. Dit gaf een warm gevoel voel, het geeft een gevoel van samen zijn. Bij tweede experiment was het gevoel van onbehagen aanzienlijk korter. Ik krijg het gevoel eerder in verbinding te staan met mezelf. Wat opviel was dat de ervaringen van mijn proefpersonen vergelijkbaar waren.

 

Resultaat

Ik heb tijdens het experiment voldoende ervaringen op kunnen doen voor het schrijven van dit reflectieverslag.

 

Relflectie

Ik zag ertegenop om het experiment te gaan doen. Het leek me eng en ongemakkelijk. Ik ben blij dat ik het toch gedaan heb. Mijn gevoel dat ik voor het experiment had klopt deels. Ik voelde me in het begin ongemakkelijk en wat opgelaten. Dit merkte ik aan de gedachten die er door mijn hoofd speelde, zoals; wat denkt de ander van mij, ik zie er stom uit… enz. Ook voelde ik mezelf rood worden en kreeg ik het warm. Deze gevoelens waren echter maar van korte duur. Ze maakte plaats voor een gevoel van geluk. Dit kon ik merken aan een prettig gevoel in mijn buik. Ik kreeg het gevoel dat ik mezelf op stelde. Dit gaf vertrouwen in de ander, dit gevoel van vertrouwen maakte dat ik me verbonden voelde met diegenen. Door het maken van intens oogcontact heb ik het gevoel dat er daadwerkelijk iets verander is in de relatie met mijn proefpersonen. Ik dacht dat we al erg close waren met elkaar maar dit experiment heeft voor mijn gevoel aan bijgedragen dat de relatie intenser is geworden.

Het experiment heeft me dichter bij mezelf en bij de ander gebracht.

Ik ga in het vervolg meer bewust oogcontact maken met mensen. Ik heb het gevoel dat het maken van oogcontact kan bijdragen in het contact.

Maak jouw eigen website met JouwWeb